Spring Petal Trui door Laura Algarra: maak een eenvoudige gehaakte trui met Katia Boheme

Als je het leuk vindt om je eigen kleding te maken, ga je de gehaakte Spring Petal trui van Laura Algarra leuk vinden. Laura is ontwerper en haakdocent en maakt al vier jaar haar eigen patronen. Ze leerde haken met behulp van YouTube-video´s en “heeft sindsdien niet meer kunnen stoppen”. Ze ontwerpt het liefst kledingstukken. “Mijn doel is om mijn eigen kleding te maken. Mijn ontwerpen zijn eenvoudig, comfortabel en tijdloos. Ze raken daarom nooit uit de mode”. Laura haalt haar inspiratie uit geometrische vormen, architectuur en natuur. Ze maakt aantrekkelijke patronen die snel en met eenvoudige haaksteken worden gemaakt. Veel van haar ontwerpen worden gepubliceerd in internationale tijdschriften en blogs zoals deze. Vandaag deelt ze een gratis haakpatroon: de Spring Petal Trui gemaakt met ons nieuwe garen Boheme. Boheme is onderdeel van de Katia Concept-lijn en is een mix van katoen en hennep.

Spring Petal trui door Laura Algarra

Maten
a) S, b) M, c) L, d) XL
Breedte kledingstuk: a) 50, b) 52, c) 60, d) 64cm
Lengte kledingstuk: a) 50, b) 55, c) 64, d) 64cm
Lengte van de mouw: a) 42, b) 42, c) 47, d) 47cm
Breedte van de mouw: a) 15, b) 15, c) 20, d) 20cm
Lengte van de mouwinzet tot aan de taille: a) 35, b) 35, c) 40, d) 40cm 

Materialen

• Katia Concept Boheme kleur 53: a) 7, b) 8, c) 9, d) 9 bollen
• Haaknaald 3.5mm
• Schaar
• Stopnaald

Afkortingen

• l – losse
• hv– halve vaste
• v– vaste
• hst – half stokje
• st – stokje
• dst – dubbel stokje
• stV – stokje, gehaakt aan de voorkant van de steek van de vorige rij
• stA – stokje, gehaakt aan de achterkant van de steek van de vorige rij
• herh – herhalen

Steekverhouding

Met haaknaald 3,5mm: 10cm* 10cm = 14dst / 6 rijen

Opmerkingen

• Haak 3 l aan het begin van elke rij, tenzij anders aangegeven. Deze lossen tellen als eerste steek. 
• Het lijf wordt in heen-en teruggaande rijen gehaakt. Keer hierbij het werk aan het eind van elke rij.
• Mouwen worden in de rondte gehaakt. Elke ronde eindigt met een hv in de eerste steek (4e losse).

Patroon

De trui wordt in 4 delen gehaakt: voorpand en rugpand (twee gelijke delen) en twee mouwen.

Haak a) 76, b) 82, c) 90, d) 96 l.

R1: 1 st in de vijfde l vanaf de haaknaald, haak st tot aan het einde van de rij.

R2-9: 2stV, *1stA, 3stV*herh ** tot aan het einde van de rij, 4 l.

R10: * 2 steken overslaan, 5dst samenhaken, sla 2 steken over, 1dst * herh ** tot aan het einde van de rij, 4 l.

R11: 2dst in de 4e steek vanaf de haaknaald, *sla 2 steken over, 1dst in het derde dst van de waaier van de voorafgaande rij, sla 2 steken over, 5dst samenhaken in het losse dst van de voorafgaand rij * herh ** tot aan het einde van de rij, 4 l.

R12: dst tot aan het einde van de rij, 4 l.

R13: herh r10.

R14-18: dst tot aan het einde van de rij, 4 l.

Herh r10 tot en met r18: a) 1, b) 1, c) 2, d) 2 maal meer.

Herh r10 tot en met r16 één maal meer voor alle maten.

R34-36: a) 24dst, 2st, 21v, 2st, 25dst, b) 25dst, 4st, 22v, 4st, 26dst.

R35-37: c) 29dst, 4st, 22v, 4st, 25dst, d) 31dst, 4st, 24v, 4st, 32dst.

Draad afknippen. Haak het rugpand op dezelfde manier als het voorpand.

Naai beide delen aan elkaar met de verkeerde kanten op elkaar, beginnend bij de schouders, hierbij de steken van de hals niet vastnaaien.

Naai de zijkanten dicht en laat een opening over voor de mouwen van ongeveer a) 15, b) 15, c) 20, d) 20cm.

Deel 3 en 4: mouwen

Draad aanknopen aan de onderkant van de mouwinzet, haak 4 l en haak een rij in dst rondom de opening, samennemen met hv aan de l van het begin, 4 l.

R2-18: dst tot aan het einde van de rij, samennemen met hv, 4 l.

R19: dst tot aan het einde van de rij, samennemen met hv.

R20: st tot aan het einde van de rij, samennemen met hv.

R21-29: *1stA, 3stV* herh ** tot aan het einde van de rij, samennemen met hv.

Afhechten. Haak de andere mouw op dezelfde manier.

Afwerking
Werk de draadjes weg en block je werk.